Ormos Vidhi
Door: Peter
Blijf op de hoogte en volg Metty en Peter
21 Juli 2015 | Griekenland, Póros
Op dinsdag verhuizen we naar een baai verderop met een plaatsje, Koiladhia, erbij. Het is 10 mijl varen. We hijsen alle zeilen die we kunnen gebruiken (grootzeil, genua en bezaan) en sukkelen langzaam aan de weinige wind naar het noord-oosten. In het begin van de middag komen we aan. Het blijkt net zo'n soort baai te zijn als bij Porto Cheli. Smalle ingang, hier met een eiland ervoor. Wijde ondiepe baai met goede ankergrond. Er liggen dan ook redelijk veel boten voor anker. Tegenover het plaatsje, in de rotswand, bevinden zich grotten, waar men prehistorische vondsten heeft gedaan. Je kunt er helaas niet bij komen. Zo gauw we liggen gaan we overboord voor de broodnodige verkoeling. Dat is toch wel de grootste zegen van het ankeren, dat je te allen tijde even in het water kunt als dat nodig is. Metty gaat daarna nog wat aan de slag met werkzaamheden aan boord en ik ga naar de kant om het plaatsje te verkennen. Zelden heb ik een zo uitgestorven plek gezien. Geen mens op straat en bloedheet. Alles was ook dicht, inclusief de terrassen. Ik loop desniettegenstaande het hele dorp rond en stap daarna niet erg onder de indruk weer in de bijboot. Nadat de zon is verdwenen gaan we samen nog een keer naar de kant en nu zijn er opeens een hoop mensen op de been en de terrassen zitten vol. Na wat rondgekeken te hebben strijken ook wij op zo'n terrasje neer oa voor een internetverbinding. Op de terugweg naar de boot gaan we nog even bij de grotten langs die nu mooi verlicht zijn, maar verder zie je er nog steeds weinig van. Wel weer een machtige sterrenhemel.
Woensdagmorgen vertrekken we vroeg terug naar Porto Cheli. Er worden harde winden verwacht en Porto Cheli is een goede plek voor dat soort omstandigheden. Daarna willen we weer terug naar de Ionische kant van Griekenland omdat we dit jaar een beetje vroeg in Nederland willen zijn. We zeilen langzaam met alleen de genua op voor de wind terug. Onderweg kijken we goed naar alle huizen op de kant in de hoop het optrekje van Willem Alexander en Maxima te zien. We hebben gisteren op internet foto's van dat huis bekeken, dus we weten ongeveer hoe het eruit moet zien. Tot ons verdriet vinden we niets dat er voldoende op lijkt. Jammer hoor. We ankeren weer ongeveer waar we eerst lagen, maar nu iets dichter bij de Father Murphy. Father Murphy is een oude roestige verlaten schoener met een mooie lijn. Hij verdient beter. We blijven hier liggen tot maandag met harde vlagerige winden, omringd door kleine zeilbootjes en surfers die hier kennelijk hun eerste lessen krijgen. Heel veel vallen en opstaan. We doen weinig spannende dingen. Zwemmen, boodschappen, terrasje, eten thuis of uit en we wandelen veel met Zorro. Zorro is werkelijk een ideale hond. Hij loopt ontzettend braaf mee, nooit verder weg dan een meter of 10, maar meestal met zijn kop naast je knie. Hij is niet opdringerig en heeft geen likneigingen. Als we andere honden tegenkomen, agressief of vriendelijk, dan snuffelt of blaft hij even in het voorbijgaan en komt dan gewoon weer met ons mee. En als we na de wandeling terugkomen in het dorp loopt hij het eerste terras op dat hij ziet en gaat aan een tafel zitten vragen om eten. Dus ook geen pijnlijk afscheid. Echt ideaal. Op onze laatste avond maakten we weer zo'n wandeling, die deze keer een beetje uit de hand liep. Het eerste stuk hadden we al eens gedaan, maar terug probeerden we wat anders. Het was al knap donker en ik had wat weggetjes gezien op mijn telefoon, die ons op de juiste plek moesten brengen. Het begon al direct raar. Waar ons weggetje moest zijn zagen we een vaag pad waar, zo te zien, misschien wel eens een auto had gereden. Maar goed, als je telefoon zo iets aangeeft moet het toch echt een weg zijn. We nemen het. Naarmate we vorderen wordt het steeds smaller en geiteriger. Uiteindelijk kunnen we ook alleen nog achter elkaar lopen. Hier en daar kun je nu ook geen pad meer zien en moet je raden hoe het loopt. Het is ook bijna helemaal donker. Opmerkelijk is hoe makkelijk Zorro zich in zo'n omgeving beweegt. Keien, struiken, rotsblokken, hij racet er zo overheen. Maar wij komen aan een rotsformatie, waar we waarschijnlijk overheen moeten. Het is een soort point of no return. Gaan we erover, dan zal het te donker zijn om het pad terug te nemen. En als we verder gaan hebben we geen idee of we ergens komen. Hoe aardig Zorro ook is, hij heeft het niet in zich om ons de weg te wijzen. We klimmen verder. Van een pad is geen sprake meer. Het is een woestenij van rotsen met daartussen gemene harde zeer stekelige distels. Ik klim op een rotsblok van een meter of 4 hoog in de hoop ergens een pad te ontdekken en in no time zit Zorro naast me. Samen kijken we uit en we zien een vermoeden van een pad. Maar weer verder klimmen en uiteindelijk komen we natuurlijk toch weer op een pad. Mijn telefoon heeft het lef te zeggen dat we precies op koers zijn en over 10 meter rechts af moeten. Na een uur of 2 komen we weer in de bewoonde wereld. Daar nemen we voor goed afscheid van Zorro, die onaangedaan zijn terras opschiet en we zoeken zelf ook een plek op om bij te komen van deze barre tocht.
Op maandag 20 juli is het eindelijk, volgens de grib files, rustiger met de wind en we vertrekken vroeg uit Porto Cheli. We zwaaien naar Father Murphy en moteren naar buiten. Er staat een straf windje uit NW en het eerste stuk hebben we alleen de fok nodig. Gaat prima. 4-5 knopen. Later als de kust naar het noord-oosten buigt verwisselen we de fok voor de genua omdat de wind wat minder wordt. Op de kant staan vele zeer dure onderkomens en we speuren weer naar ons koningshuis. Helaas weer niks. Onze koers komt nog wat noordelijker te liggen en we zetten de bezaan erbij voor het evenwicht. Halve wind. Zeer wisselend in sterkte. Soms bijna windstil, dan weer 20 knopen. Maar er kan nog steeds goed gezeild worden. We moeten om een landpunt heen en daarna terug in westelijke richting naar Poros. Hoe dichter we bij deze landpunt komen hoe gekker de wind. Het ene moment windstil dan weer een vlaag van 25-30 knopen. Na de zoveelste verandering van de zeilen houden we het voor gezien en zetten de motor aan. En tegen uiteindelijk 34 knopen wind (Windkracht 8) moteren we om de landpunt heen. Daarna wordt het rustiger en bovendien zijn we er bijna. We laten de stad Poros rechts liggen en zoeken een rustig baaitje op. Daar laten we het anker vallen en gaan meteen overboord want het is, met alle wind, bloedheet. Het wordt een mooie, rustige avond. De wind valt weg en omdat er weinig omgevingslicht is zie je een prachtige sterrenhemel. In de verte twinkelen de lichtjes van Poros. Zo idyllisch.
-
21 Juli 2015 - 21:56
Esther:
Leuke foto's! -
22 Juli 2015 - 12:08
Swanie:
Ha P en M!! Ik denk dat jullie Zorro moeten meenemen. Die past heel goed in jullie huis in Franeker. Hij kan zo meezeilen, volgens mij geen punt. Peter heeft een neologisme gebruikt: geitiger. Leuk.. Doet me ook aan geitehaar denken....... Veel plezier nog!!! dikke kus van Swanie en Regenwoud
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley