Itea
Door: Peter
Blijf op de hoogte en volg Metty en Peter
03 Juni 2014 | Griekenland, Itéa
Woensdag 28 mei blijven we in Nidri. We gaan koffie drinken aan de kant, doen wat boodschappen en Metty brengt wat tijd door met haar computer in een wificafe. Na het eten ’s avonds gaan we met de bijboot naar de stille kant van de baai voor een wandeling. Heerlijk weer om te lopen, niet te warm. We slaan ergens een geitenpad in dat de berg opgaat. Na een steile klim blijft het evenwijdig aan de weg beneden langs de berg lopen tot achteraan Vlickobay. Daar daalt het weer naar de gewone weg die we dan weer terug volgen naar de boot. Het is pikdonker als we uiteindelijk na 2 uur bij het bootje aankomen. Onderweg weer veel vuurvliegjes en nu ook vuurrupsjes. Die knipperen niet, moeten misschien nog vliegjes worden.
Volgende dag gaan we al vroeg weg, richting Petalas. Dat is een eiland dat een grote beschutte baai afsluit, ongeveer 20 mijl zuidelijker. Het is wisselend bewolkt en niet bijzonder warm. Lange broeken en truien aan. Aanvankelijk is er niet veel wind en varen we op de motor. Ook wel goed voor het opladen van de accu’s. Er is overigens wel iets mis met de accu’s. Ze laten zich niet goed opladen. Ze gedragen zich of ze voilledig opgeladen zijn, zodat het bijlaadsysteem op een laag pitje komt te staan, terwijl ze helemaal niet vol meer zijn. Ik ben bang dat ze na 15 jaar trouwe dienst de geest gaan geven. Maar dan hopelijk op een plek waar je nieuwe kunt krijgen.
Na een paar uur kan er gezeild worden en met een gezapig gangetje zakken we af naar ons doel. In de verte rommelt de donder, maar het bereikt ons niet. Er komt wel wat meer wind. Tegen 4 uur komen we aan. We liggen in de grote baai met wel 3 andere boten. Er is hier verder niets. Glooiende berghellingen zonder plek waar je met je bijboot de kant op kunt. Heel stil met af en toe het geklingel van geitenbellen. We bakken ’s avonds een ei en eten dat buiten, gehuld in dikke kleren, op. In de nacht trekt de wind stevig aan. Het loeit zo hard dat ik het bed uitga om buiten de boel een tijdje in de gaten te houden. Het gaat allemaal best.
Vrijdag. Het heeft in de nacht geregend en het is kil. Er zijn weer overal wolken. We halen al vrij snel het anker op en varen verder naar het zuiden. Eerst weer weinig wind. We moeten nog een mijl of 6 zuid waarna we bakboord uit gaan de Golf van Patras in. Die gaat later over in de Golf van Corinthe, waar aan het eind dan het kanaal van Corinthe ligt, dat leidt naar de Aegeische Zee. We slalommen op de motor tussen enorme rotspatijen door voor we in de Golf van Patras komen en er weer gezeild kan worden. De wind begint nu wat aan te halen en met het grootzeil bij en de Genua uitgeboomd varen we met toenemende snelheid naar Messolonghi. Bij aankomst is het windkracht 6 en varen we constant 7 knopen. Dat schiet wel lekker op. We halen de zeilen weg en moteren het kanaal door dat naar de baai van Messolonghi leidt. Ook hier is het stil. We gooien het anker uit. We zijn de enigen. Wel bootjes in de jachthaven en een paar aan de kade. We ruimen de boot op en ongeveer 8 uur zetten we de bijboot in het water en tuffen naar de marina. Daar, op het afgeschermde terras, eten we een clubsandwich met een Griekse salade. Lekker. Jammer dat het niet wat warmer wil worden. Als we in het donker terugvaren naar de boot waait het nog steeds stevig, 4-5. We gaan maar vroeg naar bed.
We blijven een dagje in Messolonghi. We laden ons afval en boodschappentassen in de bijboot en varen naar de vissershaven. Vandaar is het een kwartiertje lopen naar de stad. Het weer heeft zich gelukkig verbeterd. De zon schijnt en de temperatuur is aangenaam. We lopen langs het kerkje, waar we weer even naar binnen gaan, door de smalle straatjes naar het grote plein en verder naar de supermarkt. Het is gezellig druk en de terrasjes zijn goed bezet. Na onze boodschappen gaan wij ook koffie drinken op het terras van cafe Status, waar we een paar jaar terug ook regelmatig zaten. We stemmen onze telefoons af op de plaatselijke wifi en halen de mail op. Niets bijzonders. Terug naar de boot. Metty moet nodig haar haar wassen en dat kan prima in de jachthaven. Ik zet haar, met een tas vol shampoos, zalven, poetsmiddelen en stylingproducten, af bij de jachthaven en ga terug naar de boot voor wat klusjes en het lezen van een boekje. Na een tijdje krijg ik een sms van Metty. Ze is klaar, of ik ook kom. Op de kant besluiten we een eindje te gaan wandelen. De jachthaven ligt op een soort schiereiland en achter de haven is een vrij groot stuk land, ongeveer begroeid als duinlandschap met veel bloeiende struiken en roodgekleurd gras. We lopen helemaal tot het eind, waar het in een punt uitloopt tussen 2 wateren, en langs de andere kant terug. Er staan ook nog wat golfplaten hutjes, waar paarden in gehouden worden. Het lijkt ons wat warm voor die beesten. Maar het zijn natuurlijk wel Griekse paarden. Terug in de jachthaven gaan we nog even bij Sunset cafe zitten voor een glaasje wijn met een hapje. Ze komen eerst vragen of je er snacks bij wilt. Het kost niks, maar je krijgt het alleen als je het op prijs stelt. Lekker.
Op de boot eten we pizza (uit de supermarkt). We zitten buiten, maar het is weer kil. Er zijn veel donkere wolken gekomen en in de verte kun je de donder horen. Het blijft in de verte.
Op zondag 1 juni verlaten we Messolonghi en zetten koers naar het eilandje Trizonia, 31 mijl naar het oosten in de Golf van Corinthe. De wind is ZW, matig en we zetten alle zeilen bij. Heel relaxed varen we zo met 4-5 knopen richting de brug van het vaste land naar de Peloponesos. Onderweg poets ik de opbouw, die in de schaduw van het zeil zit, want ja, er is zon. Er dreigen wel wolken van alle kanten maar voorlopig blijven die boven het land. De brug dient 5 mijl van te voren te worden aangeroepen en later 1 mijl van tevoren nog een keer voor de veiligheid en het drukke verkeer. Gelukkig gaat alles goed en nadat we in volledige eenzaamheid de brug zijn gepasseerd zetten we koers naar Trizonia. De wolken hebben ons nu volledig ingesloten en je kunt de regenbuien rondom zien hangen. De wind, die nu pal van achter komt wordt ook steeds steviger. We hebben het grootzeil en de uitgeboomde fok erbij en al gauw varen we weer rond de 7 knopen bij windkracht 6-7. Het begint nu ook te regenen en het zicht wordt slecht. Gelukkig zijn we volstrekt alleen hier op het water. Na een uurtje van afwisselend regen en min of meer droog trekken de wolken zich weer wat terug en met zon arriveren we op Trizonia. We ankeren in de baai (weer als enigen) en nemen er een borrel op. De boot ruimen we straks wel op. We hebben geen zin om naar de kant te gaan. Er is bijzonder weinig te beleven, hoewel het er wel aantrekkelijk uitziet, en we zijn moe. De harde wind nood ook niet tot het verlaten van het schip. Metty kookt een prutje van diverse groenten en een blik vlees. Erg smakelijk. Later zitten we met vesten en dekens over de benen binnen te lezen. Buiten loeit de wind en is het koud.
De volgende morgen is de wind, die de hele nacht niet is weggeweest afgenomen tot kracht 4 en we vertrekken naar onze volgende bestemming: Itea. Het is 19 graden met de zon erbij. De wind komt van achter en we hebben alleen de fok op. Zo varen we geriefelijk met 4-5 knopen naar het oosten. Door de harde winden van de laatste tijd zijn er wel aardig hoge golven en de boot rolt voor de wind flink. Maar niet vervelend. Wel begint het na verloop van tijd weer harder te waaien. Als we de baai van Itea bereiken staat er zo’n 25 knopen wind. Terwijl we de baai in draaien neemt de wind nog eens flink toe tot 33-34 kopen. Dat is kracht 7-8. Dat is echt niet leuk meer. Het kost ons de grootste moeite om gezamenlijk de fok in te rollen terwijl de boot te keer gaat als een kermisattractie. Ik zie het niet zitten om met deze wind de haven van Itea in te lopen want, een beetje langzaam varend, is de boot onbestuurbaar. Gelukkig ligt er bij de ingang van de baai een klein zeer beschut inhammetje waar we dan maar heen sturen. Nu blijkt ook het voordeel van onze nieuwe, grotere motor. Zonder enige moeite varen we pal tegen de storm in met ruim 5 knopen naar het baaitje. Het is maar een klein stukje en zodra we er binnen varen houdt het geraas op. Geen golven meer en de wind gehalveerd. We gooien het anker uit dat gelukkig bij de eerste poging houdt en gaan er bij zitten. Heerlijk. Het loeit nog wel om de boot, maar dit is heilig vergeleken met buiten. Het is ongeveer 3 uur. Langzaam neemt de wind af en we ruimen de rommel op. We liggen weer alleen in dit plekje. Het is klein, volledig door glooiende hellingen omgeven. Er staan een paar huisjes en boven tegen de berg loopt een autoweg. Verder stilte en rust. Om 5 uur is de wind zo goed als verdwenen en we halen het anker weer op voor het laatste stukje naar Itea. Een uurtje op de motor en we bereiken Itea boven in de grote baai. In de kale betonnen jachthaven, die hier al jaren onafgemaakt ligt vinden we ruim plaats voor de Nadia. We worden opgevangen door de Oostenrijkers die op dezelfde dag als wij bij Ionion Marine te water gingen met hun Contest 36. Zij liggen pal voor ons. Ze zijn hier al een paar dagen en hadden niets gemerkt van de stormachtige wind. We eten chili con carne en lopen nog even de stad in. Niet zo lang, want we zijn allebei moe. De wind is nu totaal verdwenen. We gaan naar bed.
-
03 Juni 2014 - 21:34
Swanie:
Heftig met die storm. En bleef jij kalm Pet? Wat heb je trouwens een leuk jurkje aan, of rokje met topje, die met die ballen. Die zal Skeet ook leuk vinden. Camoufleert mooi je HGR>
Tuuuut.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley